6 juli 2023

Erik Bakker van OHV nieuwe voorzitter van VV&A

Na twaalf jaar voorzitterschap van de Vereniging van Vermogensbeheerders & Adviseurs (VV&A) draagt Theo Andringa het stokje over aan Erik Bakker. Met de bestuurders- en voorzitterswissel luidt de vereniging een verbreding van focus in, nu steeds méér onderwerpen en wetten de sector raken.

Dat vertellen oud-voorzitter Theo Andringa (rechts) en nieuwe voorzitter Erik Bakker (links) in een gesprek met Investment Officer, daags voor de bekendmaking van het nieuws op 5 juli. Andringa is directeur en eigenaar van vermogensbeheerder NNEK, Bakker is managing partner bij OHV Vermogensbeheer en sinds zeven jaar bestuurslid bij de VV&A.

Behalve Andringa, stoppen ook bestuursleden Steven Sarphatie en Jolmer Gerritse als bestuurslid bij de vereniging, na eveneens een lange staat van dienst. Alle drie blijven zij verbonden als leden van de nieuw opgerichte raad van advies. Rob Morrenhof en Ilse Kester treden toe tot het bestuur. Het nieuwe bestuur bestaat daarmee, inclusief voorzitter Bakker en zittend bestuurslid Marlize van Bodengraven, uit vier personen.

De bestuurswissel stond al langer op de planning; tijdens het jaardiner van 2019 kondigde Andringa al aan dat een jaar later een wisseling zou plaatsvinden. Maar de VV&A werd ingehaald door corona, waarop het besluit op de plank kwam te liggen in een ‘bizarre tijd waarin niet duidelijk was wat de sector te wachten stond’.

Bakker: ‘In 2019 had Theo al gevraagd wie van de leden het voorzitterschap ambieerde en ik gaf aan dat ik dat wel op me wilde nemen. Uiteindelijk zijn hij en ook Bart Tishauser en Martijn Receveur nog een paar jaar aangebleven, iets waar je ze alleen maar voor kunt bedanken. Onlangs vroeg Theo of ik het voorzitterschap nog steeds zag zitten en dat deed ik. Dit is het goede moment.’

Dat ‘goede moment’ heeft onder meer te maken met de verbreding van onderwerpen die de sector raken. In de begintijd van de VV&A (zie kader) kreeg de sector met de komst van Mifid I voor het eerst te maken met Europese regelgeving. De teneur onder vermogensbeheerders was toen nog “dat dat allemaal niet zo nodig was”.

Andringa: ‘Als vereniging wilden we de regelgeving juist níet als last labelen, maar als lust omarmen: “het is er nu eenmaal”. We haalden de contacten met toezichthouders en ministeries aan en gingen ons richten op toekomstige regelgeving zoals Mifid II, maar ook op grote onderwerpen zoals het provisieverbod en kostentransparantie. We maakten in de periode 2014-2015 een versnelling door als vereniging, gingen van 35 ledenbezoeken bij bijeenkomsten naar meer dan 100 en de seminars werden groter en professioneler.’

Verbreding van toezicht

Niet alleen de vereniging breidde uit door de jaren heen, de wetgeving deed dat ook. Waar deze zich in de begintijd van de VV&A nog beperkte tot smallere onderwerpen als beleggingsbeleid, klantcontact en processen, verbreedt dat steeds verder met actuele thema’s zoals datagedreven toezicht, duurzaamheid en DORA. Reden voor het nieuwe bestuur om zich anders te organiseren.

Bakker: ‘De grote hoeveelheid wetgeving die op de sector afkomt én de grotere mate van detail ervan maken het steeds moeilijker voor het bestuur om in alles te kunnen begeleiden. Intussen is de “bemensing” bij onze leden toegenomen: ze hebben risk officers, compliance officers en sustainability officers in dienst, waardoor hun kennisniveau hoger wordt. Die combinatie van factoren willen we aangrijpen om als bestuur meer bezig te zijn met het besturen zelf, en meer kennis op te halen bij leden via de vorming van commissies.’

De vergrote diversiteit binnen het personeelsbestand van vermogensbeheerders is ook zichtbaar bij de bijeenkomsten van de VV&A. Waar deze tien jaar geleden nog werden bezocht door generalisten, komen steeds vaker gespecialiseerde collega’s mee. De komst van commissies zal dat naar de verwachting van Andringa en Bakker verder doortrekken, waarbij een bespreking over DORA bijvoorbeeld eerder wordt bezocht door de verantwoordelijke ICT’er dan door de DGA.

Andringa en Bakker spreken van een volwassen geworden vereniging, die door de toezichthouder wordt gezien als belangrijke steekhouder die vroeg in een proces wordt betrokken. ‘We worden bijvoorbeeld tegenwoordig ook uitgenodigd voor preconsultaties over nieuwe regelgeving. Zo kunnen we als branche meer invloed uitoefenen en onze visie laten horen over een level playing field ten opzichte van binnenlandse soortgenoten en buitenlandse concurrenten.’

Zichtbaarheid

Momenteel heeft de VV&A ongeveer negentig leden, waarvan 80 procent een beleggingsonderneming is. Daarmee is ongeveer 60 procent van de Nederlandse vermogensbeheersector lid van de vereniging, een percentage dat wat Andringa en Bakker betreft omhoog moet, om de kracht te versterken.

Schort het wellicht aan de zichtbaarheid? Andringa reageert dat beleggingsondernemingen elke twee jaar worden benaderd met informatie over een lidmaatschap. ‘Daar besteden we dus heus wel energie aan. Het bestuur wordt ondersteund door externe adviseurs, voor de begeleiding van consultaties of reacties richting de AFM. Uiteindelijk is het ook een budgetkwestie: we zijn meer voor inhoud en kwaliteit gegaan dan voor hoog van de toren blazen. Uiteindelijk moet een DGA zelf bepalen of hij een betalend lid wil worden, of hij dat van toegevoegde waarde vindt en of hij een bijdrage wil leveren aan de branche.’

Tot slot de vraag in hoeverre Andringa en Bakker vanuit de leden het geluid herkennen dat “men er klaar mee is”, omdat regelgeving het vak van vermogensbeheerder minder leuk zou maken. De twee ervaren niet dat dit een sectorbreed gevoel is en vermoeden dat dit voornamelijk speelt bij vermogensbeheerders op leeftijd, die geen zin hebben in wéér een verandering. Bakker, aanvullend: ‘Als branchevereniging willen we juist ook het toekomstig landschap schetsen voor leden, en dus ook de vermogensbeheerders die moeite ondervinden met nieuwe wetten en regels: dit zit eraan te komen, houd hier rekening mee. Als het je overvalt, heb je wellicht meer stress dan als je erop kunt anticiperen.’

VV&A door de jaren heen


De VV&A komt voort uit een fusie van de Vereniging van Vermogensbeheerders en de Vereniging van Commissionairs in 2006, in 2012 omgedoopt tot Vereniging van Vermogensbeheerders & Adviseurs: VV&A.
Het bestuur van de vereniging bestond aanvankelijk uit afgevaardigden van beide verenigingen, tot de benoeming van een nieuw bestuur in 2010. Met het uitgangspunt dat dit bestuur een afspiegeling moest zijn van de gehele vermogensbeheersector, kwam de vereniging tot een bestuur van vijf personen, afkomstig van grotere en kleinere spelers, (kleine) banken en niet-banken. Theo Andringa werd voorzitter.
De vereniging stelde zich ten doel om de kwaliteit van aangesloten leden omhoog te krijgen en de in die periode geïntroduceerde wet- en regelgeving te verankeren in hun ondernemingen.

Dit stuk is 6 juli jl. gepubliceerd in investmentofficer.nl

Erik Bakker van OHV nieuwe voorzitter van VV&A